Hans Zink

Levensverhaal van Hans Zink

verteld door Inge Zink op de uitvaart op 30 december 2023.

Lieve papa

Vorige week hebben mama, Helga, Lies en ik je samen bedankt voor alles wat je voor ons hebt betekend. Ook vandaag willen wij, je drie dochters, je nog eens extra in de bloemetjes zetten. Mede dankzij jou zijn we geworden wie we zijn.

Je bent opgegroeid in Nederlands Limburg in een gezin met 5 kinderen. Je was 11 toen de tweede wereldoorlog uitbrak. Jij hebt de tijd meegemaakt waarin nog maar 1 huis in jullie straat een telefoon had.

 

 

In die tijd bleven veel mensen onder de kerktoren wonen, maar jij niet. Je studeerde eerst een jaar ingenieurswetenschappen in Delft, maar dat bleek niet echt je ding, dus trok je naar België waar je fysica studeerde aan de KU Leuven. Na je legerdienst trok je de oceaan over, naar de VS, met de boot waarop je tien dagen zeeziek was… Daar mocht je een jaar onderzoek doen aan Brown University in Providence, Rhode Island. Je werkte ook samen met collega’s van MIT in Boston. Je hebt daar heel wat gereisd met vrienden en een heerlijke tijd gehad.

Terug in Leuven werd je assistent aan de faculteit Wetenschappen. In die periode leerde je mama kennen, jullie trouwden en schonken ons het leven.

 

Na je doctoraat bleef je aan de faculteit Wetenschappen waar je de studenten eerste licentie natuurkunde in de projectpractica begeleidde.

Thuis werd altijd AN gesproken, je stond erop dat we anderen met ‘je en jij’ aanspraken. Als we ‘ge en gij’ gebruikten, dan zei je ‘ah van geitebeek’. Toen werd Berta onze nieuwe poetsvrouw. Berta sprak plat Leuvens en voelde zich ongemakkelijk als wij AN spraken. Dus deed jij je uiterste best om Berta aan te spreken met ‘ge en gij’ tot grote hilariteit van ons drie, papa van geitebeek …

In de zomer gingen we, zoals alle Nederlanders op vakantie met de caravan,  vaak naar de bergen in Italië waar we grote wandelingen maakten. Toen ik in het zesde leerjaar enthousiast terugkwam van een skivakantie met de school, besloten jij en mama om  vanaf dan ook met ons gezin te gaan skiën. De eerste keer gingen we met de caravan wat niet bepaald een succes was met al die natte kleren. Gelukkig gingen we nadien steeds op hotel.

Je bracht ons ’s ochtends naar school en dan reden we voorbij de Campus in de Celestijnenlaan waar jij werkte. Wat je daar precies deed, wisten we niet tot ik in het vierde leerjaar een spreekbeurt moest geven over ‘het beroep van mijn vader’. Je hebt me toen meegenomen naar het labo en me laten kennismaken met de wondere wereld van de fysica. Het werd niet alleen een boeiende spreekbeurt, op dat moment is ook mijn liefde voor fysica ontstaan. Jouw gave was dat je alles perfect op maat kon uitleggen, of het nu aan een tienjarige of een universiteitsstudent was. Je deed het altijd met evenveel geduld en passie. Je deed het ook graag, je bent zelfs een keer thuisgebleven van een skivakantie omdat Lies paasexamen natuurkunde had en nog wat extra uitleg kon gebruiken.

Je hebt ons ook leren autorijden. Op een dag oefenden we het parkeren aan de kapel in Diependaal. Ik moest vlak voor een bank parkeren maar stopte steeds te ver van de bank tot ik … tegen de bank reed, gevolg: bank helemaal scheef en stevige bluts in de auto. Maar je werd niet boos. We hebben je eigenlijk nooit boos gezien. Je bleef altijd rustig. Jij was geen tafelspringer maar wel een minzame man met een gouden hart die er was als we je nodig hadden. Als we met iets zaten, dan kwamen we vaak naar jou. Soms had je niet direct een oplossing voor een probleem maar door je fijne luisterhouding kwamen we vaak zelf al tot een antwoord. Ik heb Guido meermaals horen zeggen ‘Inge, uw vader is een wijs man’.

Toen je kleinzonen begonnen uit te gaan, hadden ze soms moeite met het inschatten van de hoeveelheid drank die ze aankonden. Jij bezorgde ons een wetenschappelijk artikel over het wervelend brein van de jeugd. Je vroeg ons om dat te lezen, om het gedrag van onze zonen beter te begrijpen. Het zou allemaal goedkomen en zoals steeds had je gelijk.

Op je 91 kreeg je na een epilepsie-aanval de boodschap dat je een jaar niet mocht autorijden. Nadien moest je weer examen doen en moest een arts mee beslissen of je terug mocht rijden. Wij vonden het niet verstandig dat je op je 92 terug achter het stuur zou kruipen maar jij hebt dat rijexamen gedaan. Elke ochtend liep je naar de brievenbus om te kijken of de beslissing al was toegekomen. Je hebt zelfs gebeld met de vraag of ze zich wat konden haasten want je was al 92. Je had het rijexamen goed gedaan, maar je zicht was niet meer voldoende. Met pijn in het hart heb je het stuur vanaf dan volledig overgelaten aan mama.

De laatste weken ging je sterk achteruit. Je geest was nog helder maar je lichaam wilde niet meer mee. Je was het boek ‘What the bleep do we know’ dat je van Lies had gekregen aan het lezen. Het beschrijft het fysieke universum en het menselijke leven daarbinnen, met linken naar neurowetenschappen en kwantumfysica. Het mooie is dat je er gaandeweg in ontdekt hoe geloof en wetenschap mekaar kunnen versterken. Dat gaf rust in jouw hoofd.

Wij zijn blij dat je geest en ziel nu verder kunnen zonder de beperkingen van je lichaam

Op kerstdag hebben we met z’n allen geklonken op jou en mama en de prachtige familie die jullie hebben voortgebracht. We zullen dit vanaf nu elk jaar opnieuw doen, zo zal je altijd bij ons blijven.    Dikke knuffel van ons drietjes

Inge Zink